Het is leuk om met je pup te kunnen gaan wandelen zonder dat de hond voortdurend aan de leiband trekt of niet mee wil lopen.

Daarom is het belangrijk om de jonge hond te trainen en te beginnen in kleine stapjes.

Om de pup te laten wennen aan zijn halsbandje is het raadzaam om de halsband telkens aan te doen net voor het hondje gaat eten. Als het pupje aan zijn bandje krabt, doe gewoon of je niets ziet.  Je reageert er absoluut niet op !

Na enkele dagen begin je met wandeloefeningen in de tuin of op een afgelegen plaats ZONDER leiband !!! (enkel het  bandje om de hals).

Je loopt gewoon rond en zorgt ervoor dat het pupje je volgt.  Je roept even kort ‘kom..’ en je gaat vooruit.  Instinctmatig zal het pupje je volgen.  Na enkele stappen stop je en beloon je het pupje omdat hij je volgt.

Dit doe je regelmatig in kleine oefeningen (een 5-tal minuutjes dagelijks volstaan).

Na een paar weken (of zelfs langer) als het pupje zeer spontaan volgt ga je pas voor het eerst een lesje (leiband) aandoen ! Normaal zou het pupje nu moeten blijven volgen zonder enig probleem.

Je bent nu vertrokken.  Een hondje dat goed heeft leren volgen zal ook niet trekken aan de leiband.

Het is dus zeker niet de bedoeling om de eerste dagen een leiband aan te doen en de pup voort te trekken tot hij volgt !!!  Daar bereik je niets mee en je zal eindigen met een pup die niet graag gaat wandelen en bijgevolg zal blijven trekken.

Vergeet nooit dat alles wat je gedaan wil krijgen van je hondje LEUK moet zijn en LEUK moet blijven voor zowel de hond als het baasje.

Uw kitten is eindelijk thuis. Joepie !

Maar vergeet niet dat het voor hem een hele verandering is.  Hij is gescheiden van zijn moeder en zijn broertjes en zusjes en moet nu een volledig nieuwe omgeving ontdekken : een ander huis, tuin, kinderen, dieren, geuren, geluiden…

EEN ECHTE UITDAGING

Het is niet zinvol om te proberen uw kat dingen aan te leren!  De kat is hiervoor veel te onafhankelijk en verdraagt geen dwang.  In het beste geval kan je wat goede manieren bijbrengen.  Het is vooral door zijn levenswijze te begrijpen en te aanvaarden dat jullie beste vrienden zullen worden.

De eerste maanden van zijn jonge leven vormen een belangrijke periode.

Uw kitten ontdekt en leert volop.  Hoe meer fijne ervaringen hij opdoet, hoe evenwichtiger uw kat zich zal gedragen.

ZIJN TERRITORIUM

Uw kitten gaat snel zijn territorium afbakenen, door te krabben en door met de wangen tegen de hoeken van de meubels of de deurlijsten te wrijven.  De aanwezigheid van krabpalen vermindert de kans op markeringen op het behangpapier of lederen zetels.

Als u van plan bent om uw kitten buiten te laten, dan wacht u hier best nog een drietal weken mee.  Hij zal zich eerst dichtbij het huis wagen en zich regelmatig binnen komen verstoppen om dan geleidelijk aan meer zelfverzekerd verder op verkenning te gaan.

DE EERSTE ONTMOETINGEN

Alle nieuwe contacten kunnen uw kat bang maken als ze te brutaal of te geforceerd zijn.  Bij voorkeur laat men de kat het initiatief nemen.  Laat de kat zelf naar de verschillende familieleden en vrienden gaan.  Deze contacten gebeuren dikwijls al spelend.

U moet snel zorgen dat uw kat andere dieren ontmoet.  Indien zij jong zijn zoals hem, zullen ze snel speelkameraadjes worden.  Indien het om oudere dieren gaat, laat deze dan de situatie controleren.  Zij hebben eerder de neiging om zich moederlijk te gedragen.

HET SPEL, DE BASIS VAN DE OPVOEDING

De kat is van nature een grote speelvogel, het speelgoed is zijn prooi.  Het verstoppertje spelen zal zich afwisselen met achtervolgingen of met voetbal spelen.  Alles wat rolt of springt op de grond of alles wat slingert zal hem interesseren.  Deze spelletjes zijn onmisbaar voor uw kitten, voor zijn evenwicht en zijn fysieke en mentale ontwikkeling.

Door het spel zal uw kitten zijn krachten, zijn brutaliteit en zijn reacties leren te doseren.  Zo kan er een goede verstandhouding ontstaan met de familie, de kinderen, de vrienden en andere dieren.

Als uw kitten u teveel bijt ‘om te spelen’, stop dan het spel en ga van hem weg : dat is voor hem de ergste straf en hij zal de boodschap zeer snel begrijpen!

ZINDELIJKHEID

De kat is van nature een proper dier en hij zal instinctief de kattenbak vanaf de eerste dagen gebruiken.

Maar u moet voor een goed gebruik enkele regels respecteren: de bak moet in een toegankelijke ruimte staan, rustig en ver van slaap- en eetplaatsen en er moeten voldoende bakken aanwezig zijn (indien het huis groot is of bij meerdere verdiepingen: voorzie 2 kattenbakken).  Reinig regelmatig de kattenbakvulling (dagelijks verwijderen van ontlasting en wekelijks de volledige vulling).  Gebruik geen geparfumeerde kattenbakvulling.

OP VERPLAATSING

Het transportbakje is noodzakelijk voor dierenartsenbezoeken of voor weekendjes en vakanties weg.  Om te zorgen dat dit niet elke keer een kwelling wordt, maakt u best uw kat hieraan gewoon dmv korte uitstapjes.

Een tip om gemakkelijker aan het transportbakje te wennen : plaats in het bakje een kledingstuk doordrongen van uw geur, dat eerst op de rustplaatsen van uw kat gelegen heeft.  Zo zal het transportbakje geen stress meer veroorzaken maar zal het een plaats zijn waar de kat zich veilig voelt en zich kan verschuilen.

Vroeger werd de leeftijd van uw vriend met 7 vermenigvuldigd om de leeftijd in mensenjaren te weten, maar dat is niet helemaal juist.

Je moet een onderscheid maken in katten , kleine, middelgrote en grote hondenrassen.

Grote hondenrassen worden vlugger oud dan kleinere rassen. Wist je dat een kleine hond van 1 jaar in mensenjaren al 24 jaar telt.

In de tabel kan je aflezen hoe oud je vriend in mensenjaren is.

LEEFTIJD HOND IN MENSENJAREN

Honden verouderen sneller dan mensen; een menselijk jaar is gelijk aan meerdere jaren van het leven van uw hond.

Met de onderstaande tabel kunt u erachter komen hoe oud uw huisdier is in mensenjaren.

Wist u dat 47% van de ogenschijnlijk gezonde senior huisdieren een niet ontdekte aandoening heeft ?  Uw dierenarts kan met behulp van bloed- en urineonderzoek bepalen hoe het staat met de gezondheid van uw hond.

Hoe sneller eventuele afwijkingen ontdekt worden hoe sneller actie kan ondernomen worden om uw huisdier te helpen.

LEEFTIJD MENSLEFTIJD HOND
 0 – 10 kg10 – 23 kg23 – 40 kgØ 40 kg
17789
213141618
320212426
426273134
533343841
640424549
744475056
848515564
952566171
1056606678
1160657286
1264697793
13687482101
14727888108
15768393115
16808799123
178492104131
188896109139
1992101115 
2096105120 

LEEFTIJD KAT IN MENSENJAREN

Katten verouderen sneller dan mensen; een menselijk jaar is gelijk aan meerdere jaren van het leven van uw kat.

Met onderstaande tabel kunt u erachter komen hoe oud uw huisdier is in mensenjaren.

Wist u dat 52% van de ogenschijnlijk gezonde senior katten een niet ontdekte aandoening heeft ?

Uw dierenarts kan met behulp van bloed- en urineonderzoek bepalen hoe het staat met de gezondheid van uw kat.

Preventief onderzoek, in combinatie met een lichamelijk onderzoek en uw eigen observaties, vormen een eenvoudige en betaalbare methode om er achter te komen of uw kat gezond is.

LEEFTIJD MENSLEEFTIJD KAT
 0 – 10 kg
1 7
213
320
426
533
640
744
848
952
1056
1160
1264
1368
1472
1576
1680
1784
1888
1992
  • Voorzie een goede afsluiting.
  • Plaats een serre zodat ze daarin van de warmte kunnen genieten.
  • Voorzie een binnenhok met hooi en bloemaarde waarin ze s ‘nachts kunnen schuilen.
  • Plaats een bakje met water waarin ze kunnen ontlasten en water opnemen.
  • Als voedsel kunnen alle soorten onkruiden dienen, zoals paardenbloem, weegbree, distels ea…
  • Leg sepiaschelpen voor de calciumvoorzienin.
  • WINTERSLAAP: ze kunnen absoluut niet tegen vrieskoude, dus kan je ze in een bak steken met bloemaarde en hooi , bij een temperatuur van rond de 4 ° C.

Naast de fokker speelt de nieuwe eigenaar bij socialisatie een belangrijke rol.  Vanaf gemiddeld een leeftijd van acht weken zullen de pups naar de nieuwe eigenaar gaan.  Deze moet doorgaan met socialiseren.

De pup moet steeds weer met gebeurtenissen in contact gebracht worden.  Goede voorbeelden hiervan zijn de markt, het treinstation en de bushalte, het schoolplein, vuilniszakken die buiten liggen etc.  Maar ook trimmers, andere honden, visite, stofzuigers, vallende sleutelbossen en ga maar door.

Het is wel belangrijk om te weten dat de natuurlijke vluchtneiging steeds meer de overhand krijgt bij de pups.  De rol van de nieuwe eigenaar is dan ook uitermate belangrijk in het socialisatieproces.  Als de pup iets nieuws ziet waar hij van schrikt mag de nieuwe eigenaar de pup niet troosten of optillen of zelfs weglopen.  Hiermee wordt anders bevestigd dat de prikkel inderdaad bedreigend is.  De pup leert dit razendsnel, hij is immers in zijn angstfase en het zal later moeilijk hem te leren dat deze prikkels helemaal niet bedreigend zijn.  Een dergelijk foutief troosten leidt tot het aanleren van angst.  Dit is een conditioneringsfout.  In een dergelijke situatie dient de baas zich neutraal op te stellen en net te doen of er niets aan de hand is.  Zorg dat de pup niet teveel nieuwe prikkels per dag krijgt.

Ga dus niet vanaf de eerste dagen naar het station, de winkel,.. enz

Ook wennen aan nieuwe geluiden mag niet te bruusk gebeuren.  Begin dus niet met sleutels en pannen te gooien vanaf de eerste dag.

Vanaf een week of twaalf komen de pups in de secundaire socialisatiefase.  Omstreeks deze leeftijd wordt de natuurlijke vluchtneiging belangrijk.  Het is zelfs heel goed mogelijk dat pups op een leeftijd van acht weken nog niet onder de indruk waren van bepaalde prikkels dit nu wel zijn.  De baas moet in deze periode dan ook doorgaan met socialiseren.

Steeds weer opnieuw moet de hond blootgesteld worden aan nieuwe en/of bekende prikkels.  Nog steeds mag de baas angstgedrag niet ‘belonen’ door de hond gerust te stellen.

Het niet meer blootstellen aan prikkels tijdens de secundaire socialisatie kan zelfs leiden tot desocialisatie, hoe goed de primaire socialisatie ook kan zijn geweest.  De hond kan in dat geval alsnog angstig worden voor mensen, honden of gebeurtenissen.

De effecten van slechte socialisatie zijn voor de baas en hond zeer negatief, de hond is angstig en kan angstagressie ontwikkelen.  Een tweede negatief effect is, dat de hond een kind of een hond kan gaan zien als prooi en erop kan gaan jagen.  Een deel van die agressie tussen honden onderling kan zo worden verklaard.

Omdat de effecten van socialisatie moeilijk omkeerbaar zijn, ontstaan zo langdurige en vaak ernstige problemen.  Socialisatiefouten zijn meestal slechts een deel te herstellen en men moet daartoe een zeer grote investering doen in tijd en moeite.  Helemaal goed wordt een slecht gesocialiseerde hond nooit.

 

 

Een voorbeeld van een socialisatie schema

Eerste dag                            

Kennis maken met de woning, de tuin, de bench en de leden van het gezin

Eerste week

Dagelijks enkele minuutjes op straat op de arm.

Kennis maken met buren en enkele familieleden.

Kennis maken met de NORMALE geluiden in de woning (stofzuiger, TV en radio)

Een of twee korte ritten in de wagen.

Tweede week

Een 2 tot 3 ervaringen waar veel mensen bij elkaar zijn (zoals markt, parking winkelcentra,…)  Het hondje gewoon om de arm.  Hij zal wel in het midden van de belangstelling staan maar dat maakt niets uit.

Dagelijks in de tuin of op een verlaten plaats leren VOLGEN.

Enkele malen een korte rit in de wagen.

3, 4de week

Wennen aan nieuwe geluiden zoals boormachine, grasmachine,…

Opnieuw enkele sessies zoals markt, parking…

Vijfde week

Wanneer de hond zijn definitieve entingen gehad heeft kan u na een 5-tal dagen contact opzoeken met andere honden.  Zeer belangrijk in de socialisatieperiode.  Probeer in contact te komen met enkele verschillende soorten (kleine keffer, middelgrote hond en een grote hond)  Een hondenschool kan hierbij een hulp zijn.  In het begin het hondje opnemen bij het eerste contact.  Nu zijn we stilaan gekomen in de periode waar we het lesje (leiband) kunnen gebruiken.  Vanaf nu mag de hond ook overal rondlopen want de definitieve entingen zijn gegeven.

3 – 5 maand

Zoals u uit de tekst kan opmaken is de hond nu in zijn vluchtfase.  Dat betekent dat als hij ergens schrik van heeft hij de nijging zal hebben om te vluchten.  De juiste socialisatie in die periode is dan ook zeer belangrijk.  Regelmaat is de boodschap.

 

Geef toe, wie kan weerstaan aan de verleidelijke blik van een snoezig pupje ?

Maar opgepast…dat lief kleine wezentje kan plots veranderen in een “terrorist” die overal plast en alles wat onder zijn ogen komt kapot bijt!

Hoe kunnen we deze problemen zo snel en eenvoudig mogelijk oplossen ?

Er zijn 2 mogelijke methodes nl. de klassieke en de positieve training.

Wat is het verschil ?  Bij de klassieke training wordt een hond gestraft als hij iets fout doet, bij de positieve training wordt een hond beloond als hij iets goed doet.  Voor de hond is dat een wereld van verschil.  De positieve methode vraagt wel wat meer inspanning van de eigenaar maar u wordt er voor beloond.  U zal veel sneller resultaat bekomen en de hond zal veel gelukkiger zijn.

De twee problemen die we in dit artikel bespreken zijn het plas- en het bijt probleem.

Om met de positieve methode een goed resultaat te bekomen zijn er een paar voorwaarden waaraan voldaan moet worden alvorens een pupje in huis te nemen :

  • Ten eerste moet het volledige gezin achter de komst van een pupje staan !! Koop dus geen pupje enkel en alleen om de kinderen een plezier te doen !
  • Ten tweede moet u tijd hebben voor de opvoeding van het pupje, dat wil dus zeggen dat u best geen pupje koopt als u ganse dagen uit werken gaat. Een verantwoorde fokker zal u immers in dergelijk geval geen pupje verkopen.
  • Tenslotte koop steeds een pupje bij een liefhebberfokker die slechts af en toe een nestje fokt en die de pupjes goed verzorgt en socialiseert.

Pas als aan deze voorwaarden voldaan zijn kan u denken aan positieve training.

Voorwaarde 1 is belangrijk omdat het ganse gezin moet meewerken aan de positieve training.  De twee methodes door elkaar gebruiken is niet aangewezen.

Voorwaarde 2 is van belang omdat u tijd moet hebben voor deze training.

Voorwaarde 3 is nodig omdat als u start met een pup die slecht of helemaal niet opgevoed is, noch de klassieke, noch de positieve methode resultaat zullen opleveren.

Ook zeer belangrijk is het bepalen van de plaatse waar uw hondje normaal zal verblijven.  Dit is de plaat waar de pup gaat slapen, eten en drinken,…  U kiest best een plaats waar niet veel zaken staan die kapot gebeten kunnen worden.  In de meeste gevallen is de keuken hiervoor de ideale plaats.  Voor de pup is dit een veilige plaats en hij zal er graag verblijven als u weg bent.  Neem dus zeker de eerste dagen de pup niet mee naar bed !  Wanneer hij later in de keuken moet slapen zal hij zeker ongelukkig zijn.  Denk in de eerste plaats aan het geluk van de hond en niet enkel aan uw eigen genot.

Hoe lossen we het “plas” probleem op ?

Wanneer uw pupje in huis plast mag u hem hiervoor NIET straffen.  Het pupje begrijpt de straf niet en u brengt hem volledig in de war !  Voor hem is plassen de meest normale zaak ter wereld !  Plast hij in huis, kuis het dan zo snel mogelijk op liefst met een product dat de geur weg neemt.  Negeer de pup.

Positieve training is de beste en snelste manier om het plasprobleem definitief uit de wereld te helpen.  Telkens wanneer uw pup wakker wordt, hij begint te snuffelen of hij gegeten heeft, gaat u met hem zo snel mogelijk naar buiten op de plaats waar u het liefst heeft dat hij plast.  U wacht geduldig af.  Van zodra hij plast gaat u hem onmiddellijk belonen (met uw stem ‘goed zo’ ofwel met een klein snoepje).  Uw pup zal zeer snel begrijpen dat wanneer hij in huis plast hij genegeerd wordt en buiten beloond wordt.  U zal verwonderd staan hoe snel hij proper zal zijn.

Dit werkt ook nog op oudere leeftijd.  Onlangs was er iemand met een hondje van 6 maand die nog steeds in huis plaste.  Straffen hielp niet.  Met positieve training en beloning was het hondje op 3 dagen volledig zindelijk.

Naarmate de pup ouder wordt en hij de gewoonte heeft om steeds naar buiten te gaan om te plassen kan u geleidelijk aan de beloning afbouwen.  U hoeft dat ook niet meer mee naar buiten. Rond de periode van de puberteit bij reuen kan het gebeuren dat u een paar herhalingsoefeningen moet doen.

Hoe lossen we het bijt probleem op ?

Opnieuw is straffen niet de goede methode.  Voor uw pupje is bijten een normale zaak en hij begrijpt niet waarom u wel boos bent als hij aan de tafelpoot bijt en niet als hij op zijn speeltje bijt !

Om het bijtprobleem op te lossen hebben we een hulpmiddel nodig vb. ‘bitter apple’.  Dit product kan u in de meeste hondenwinkels kopen.  Het is een volledig ongevaarlijk en kleurloos product dat zeer slecht smaakt en slecht ruikt.

Hoe gaat u tewerk ?

Wanneer uw pup bijvoorbeeld aan de poot van de tafel bijt dan zegt u niets en gaat u onopvallend een ‘bitter apple’ op de poot van de tafel spuiten.  Wanneer de pup terug aan de poot bijt krijgt hij een vieze smaak in de mond.  U hebt hem niet gestraft, het is de poot die slecht smaakt !  De pup zal snel onthouden wat slecht smaakt en wat niet.  Onthoudt dus goed dat  u niets zegt of niet reclameert, voor de hond is het voorwerp slecht en u blijft voor hem de lieve baas !

Het product blijft wel niet zo lang actief, u zal dus in het begin na enkele uren eventueel opnieuw een beetje moeten spuiten.  Het product laat geen sporen na op meubels of stoffen, maar probeer steeds eerst op een klein hoekje van de kast of de zetel.

Er bestaan nog andere producten op de markt, vraag raad aan de hondenwinkel in uw buurt.

Naast het plas- en bijtprobleem zijn er nog veel andere problemen die sneller opgelost worden met positieve training.  Het principe is eenvoudig ‘beloon wanneer de pup het goed doet en negeer hem wanneer hij het niet goed doet’.  Uw pup zal zeer snel door hebben wat hij moet doen, want genegeerd worden is voor hem niet leuk !

Een klein voorbeeldje : uw hondje wil zijn oren niet laten kammen.  Het domste wat u kan doen is u kwaad maken tot hij stil zit en ‘zich laat doen’ ! Wat moet u wel doen : u plaatst uw hondje op de tafel en u gaat eventjes zacht met de kam over de oren (zonder te kammen, gewoon de kam over de oren laten glijden) en u beloont hem onmiddellijk met de stem of een snoepje.  U stopt na een of twee maal.

De dag daarop doet u dat opnieuw… de trainingen moeten in het begin zeer kort zijn.  U zal zien dat na enkele dagen de hond met plezier zijn oortjes zal laten kammen.  Geleidelijk aan wordt het kammen een gewoonte en kan u het snoepje weglaten.  Op het einde van elke kambeurt beloont u wel steeds met de stem “goed zo, dat was flink…’.

We kunnen veel leren van de trainers van dolfijnen.  Als u ziet wat zij kunnen bereiken enkel met positieve training !.  Roepen, tieren of slaan op een vis lukt immers niet !